Sinds een jaar is Salem University een waterpolotalent rijker. Iris Oudshoorn beleeft een mooie tijd in Amerika, waar ze plezier heeft met haar team en veel met haar favoriete sport bezig is. Ze heeft zelfs al besloten om een jaartje langer te blijven, ondanks dat ze Nederland toch wel een beetje mist.
Bij Iris is de passie voor waterpolo ontstaan door haar vader. Iris: “Mijn vader deed altijd al aan waterpolo en vanaf kleins af aan ging ik mee naar het zwembad. Toen ik eindelijk mijn zwemdiploma’s had gehaald, mocht ik beginnen met waterpolo. Ik begon bij mijn club in Hoofddorp, maar na een tijdje ben ik naar de waterpoloclub in Krommenie gegaan. Hier ben ik heel veel beter geworden en heb ik grote stappen kunnen maken op een hoger niveau.”
Voor Iris kwam de stap naar Amerika eigenlijk op een mooi moment. “Na mijn HAVO wist ik niet wat ik wilde gaan doen. Ik was wel heel veel bezig met waterpolo en wilde lekker veel blijven sporten. Dat in combinatie met een studie is gewoon heel lastig in Nederland. Toen ik via via hoorde dat dit in Amerika wel kon, vond ik dat wel gaaf en mijn familie vond dit ook.”
Waar het combineren van sport en studie in Nederland lastig is, valt het in Amerika perfect samen. “Hier op school maken ze het best wel makkelijk voor ons als student-athlete. Per vak dat je hebt, focus je daar vier weken op, vaak heb ik er twee. Dat is veel makkelijker te combineren met het trainen, waardoor ik me erg goed op mijn sport kan focussen.”
Het was natuurlijk een mooie stap, maar toch zijn er dingen waar Iris wel aan moest wennen. “In Nederland was ik niet gewend om naar verre uitwedstrijden te reizen. Hier zitten we soms twaalf uur in een bus, dat vind ik helemaal niks. Het is wel leuk om andere plekken te bezoeken. We zijn naar veel plekken geweest, maar twaalf uur in een bus is vreselijk.” Ook het constant spreken van een andere taal had even tijd nodig. “In het begin moest ik daar wel een wennen, maar na 1,5 week was ik hier aan gewend, dat ging echt zo snel. Verder was een kamer delen ook wel even wennen. Ik heb het geluk dat ik goed kan opschieten met mijn kamergenootje, dat is super fijn.”
Dat ze een gezellig team heeft, blijkt wel uit de mooie verhalen die ze vertelt. “Wat wel grappig is, is dat ik hier een beetje de clown ben in het team. Ze vinden het leuk om mij te grazen te nemen. Ik zeg alles wat in me opkomt, dat kan soms heel leuk uitpakken of minder goed uitpakken. Dan zit ik aan de eettafel en krijg ik een hand slagroom in mijn gezicht. Of als ik lig te slapen in de bus tekenen ze een snor op mijn gezicht, daar kan ik wel om lachen haha.”
Iris vertelt verder: “Dat is ook wel een verschil in cultuur. Ik merk dat ik veel directer ben en dat mensen hier minder direct zijn. Ik heb daar geen lastige momenten mee gehad, ze kunnen van mij veel hebben, ze zijn er aan gewend denk ik.”
Ze is nu een jaar in Amerika en de plannen voor de toekomst zijn al een beetje gewijzigd. “In eerste instantie ging ik dit avontuur aan voor één jaar. Maar ik heb besloten om in ieder geval nog een jaar te blijven omdat het erg goed bevalt. We zitten nu midden in het seizoen dus we hebben nu ook wedstrijden. Het sporten en reizen hier is wel heel druk maar het bevalt me heel erg goed.”
Iris is erg enthousiast over waterpolo bij haar school in Amerika. “Ik zit nu in Amerika als een freshman maar ik krijg toch al veel speeltijd, meer dan veel derdejaars. Dus ik merk dat ik heel veel grote stappen heb gemaakt, dus dat is heel leuk. Wat ik vooral nog wil verbeteren is het spelen met meer zelfvertrouwen en mijn speloverzicht. Ik focus me vaak op een deel van het zwembad, maar moet meer overzicht hebben over heel het veld.”
Ze is al erg trots op wat ze heeft bereikt, maar er zijn natuurlijk ook nog doelen. “Dit jaar was het lastig om kampioen te worden voor ons, we hadden een nieuwe coach en twee seniorspeelsters vertrokken. Maar volgend seizoen is ons doel om echt kampioen te worden.”